Beaphar Vlooienshampoo is geschikt voor de behandeling van vlooieninfestaties bij katten en kortharige honden gedurende 1 - 2 weken.
Beaphar Vlooienshampoo werkt op 2 manieren:
- Knock-down werking: Tijdens het wassen van de dieren komen de vlooien op het dier in aanraking met de permethrin. De vlooien worden hierdoor gedood.
- Residue-werking: van achtergebleven permethrin na het wassen, gedurende 2 weken bij kortharige honden en 4 weken bij katten.
Gebruiksaanwijzing
Breng de aangegeven hoeveelheid shampoo aan op de natte vacht van het dier. Het gehele lichaam wassen, met uitzondering van de ogen, neus en bek. De shampoo gedurende 2 minuten goed inmasseren. De shampoo tenminste 5 minuten laten inwerken, daarna grondig spoelen en de vacht droogwrijven. Honden niet binnen 2 weken en katten niet binnen 4 weken opnieuw behandelen.
Dosering 100 ml verpakking
- Katten / 50 ml (0,5 fles)
- Honden tot 5 kg / 50 ml (0,5 fles)
- Honden 5 tot 10 kg / 100 ml (1 fles)
- Honden 10 tot 20 kg / 150 ml
- Honden van meer dan 20 kg / 200 ml
Dosering 200 ml verpakking
- Honden tot 5 kg / 50 ml (1,5 dop)
- Honden 5 tot 10 kg / 100 ml (3 doppen)
- Honden 10 tot 20 kg / 150 ml (4,5 dop)
- Honden van meer dan 20 kg / 200 ml (1 fles)
- Katten / 50 ml (1,5 dop)
Als honden of katten last hebben van vlooien, zal ook de omgeving (bijvoorbeeld mandjes, woonruimtes waar de dieren vaak komen) behandeld moeten worden. Hiervoor kan een vlooienspray gebruikt worden.
Samenstelling / Ingrediënten
11,1 mg/ml Permethrin (95%), Natriumlaurylethersulfaat, Natriumlaurylether-11-carboxylaat, Dioleyloylethyl- hydroxyethylmonium- methosulfaat (Tetranyl C0-40), Lauryl-ether-2-amide MEA, Polyoxyl-40 gehydrogeneerde ricinusolie, gedemineraliseerd water, Natriumchloride, Briljant Blue FCF, Pepermuntolie.
Waarschuwingen
Speciale voorzorgsmaatregelen Bewaren beneden 25 °C. Niet in de koelkast of de vriezer bewaren. Niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP. Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de nationale vereisten te worden verwijderd. Het diergeneesmiddel dient niet in het oppervlaktewater terecht te komen, aangezien dit gevaar kan opleveren voor vissen en andere waterorganismen. Bijwerkingen: In sporadische gevallen kunnen, vooral bij katten, de volgende bijwerkingen optreden: overgevoeligheid, spiertrillingen, ataxie (coördinatiestoornissen), braken, convulsies (stuip, toeval of sterke krampaanvallen), regelmatig terugkerende spiertrekkingen. Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet op dit etiket worden vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren: Voorkom dat katten of honden zich likken gedurende de inwerkingsperiode. Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door degene die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient: In verband met mogelijke huidirritatie, sensibilisatie en overgevoeligheidsreacties dient bij toepassing direct huidcontact te worden vermeden. Draag daartoe handschoenen. Beperk het aanraken van het dier na de behandeling tot een minimum. Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg: De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens de dracht en lactatie. Gebruik wordt afgeraden tijdens de dracht en lactatie. Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie: Niet tegelijk gebruiken met andere insecticiden zoals andere pyrethroïden, organofosforverbindingen of carbamaatinsecticiden.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota), indien noodzakelijk: Symptomen: rusteloosheid, ongecoördineerde bewegingen, hyperactiviteit, uitputting, haaruitval, tranen, kwijlen en paralyse. Spoedbehandeling: neem contact op met een dierenarts. Antidota: er zijn geen specifieke antidota; behandeling naar symptomen. Onverenigbaarheden Aangezien er geen onderzoek is verricht naar de verenigbaarheid, moet het diergeneesmiddel niet met andere diergeneesmiddelen worden vermengd.
